De Valdaj Discussie Club (in het Russisch Международный дискуссионный клуб “Валдай”) is opgericht in 2004 op initiatief van Vladimir Poetin. Het is een jaarlijks internationaal forum dat deskundigen bijeenbrengt om te debatteren over Rusland en zijn rol in de wereld.
De doelstelling van de club is een internationaal platform te creëren waar Russische elites (de intelligentsia) met buitenlandse deskundigen uit de academische wereld, de politiek en de media kunnen debatteren over de ontwikkeling van het land en zijn rol in de wereld.
De Valdaj Club staat voor een multipolaire wereldvisie, in tegenstelling tot een unipolaire wereld die gedomineerd wordt door de Verenigde Staten van Amerika.
Een vast onderdeel van de bijeenkomst is een optreden van de president van de Russische Federatie (RF) met een toespraak en een paneldiscussie of persconferentie. De gespreksleider was, zoals reeds in eerdere jaren, de politicoloog Fjodor Loekjanov.
Ik heb Poetin nog maar zelden zo op dreef gezien, hij was heel zelfverzekerd en goed gehumeurd. De toespraak wordt nu al door commentatoren als een van de belangrijkste redevoeringen van Poetin gezien, en wordt in een adem met de redevoering van München in 2008 genoemd. Deze nieuwste toespraak is een haast wel cultuur-filosofische beschouwing van de verhoudingen tussen Rusland en het Westen.
Nog een persoonlijke opmerking:
Toe ik de vertaling klaar had, heb ik gemerkt dat FRONTNIEUWS ook een vertaling heeft gepubliceerd. Zij hebben zelfs nog een gedeelte van de vragenronde vertaald. Dus wie nog niet genoeg van Poetin heeft – ga naar FRONTNIEUWS.
Het thema van het forum van dit jaar was “Vrede in het post-hegemoniale tijdperk: rechtvaardigheid en veiligheid voor iedereen”. Aan de vierdaagse bijeenkomst namen 111 deskundigen, politici, diplomaten en economen deel uit Rusland en 40 andere landen, waaronder Afghanistan, Brazilië, China, Egypte, Frankrijk, Duitsland, India, Indonesië, Iran, Kazachstan, Zuid-Afrika, Turkije, Oezbekistan en de VS.
F. Loekjanov: Beste vrienden, gewaardeerde gasten!
Hiermee openen wij de afsluitende plenaire zitting van het 19e jaarlijkse forum van de internationale Valdaj Discussie Club.
Het verheugt mij u allen hier te zien, en het verheugt mij nog meer onze gast in deze plenaire vergadering, de president van de Russische Federatie, Vladimir Vladimirovitsj Poetin, te mogen aankondigen.
Mijnheer de President, welkom!
We kijken er elk jaar naar uit u te verwelkomen, maar dit jaar waren we misschien nog ongeduldiger dan gewoonlijk, omdat er zoveel te bespreken valt.
V. Poetin: Ja, dat vermoedde ik al.
Loekjanov: Het onderwerp van ons forum was eigenlijk gewijd aan de wereldorde: hoe deze verandert en vooral wie op dit moment in principe de macht heeft in de wereld – wie er in feite regeert en wie er in principe zou kunnen regeren.
Maar wij praten erover als buitenstaanders, terwijl u de daadwerkelijke macht in handen heeft. Daarom verzoeken wij u nu ook om de situatie uit uw zicht te schetsen.
V. Poetin: Hartelijk dank.
Geachte deelnemers aan deze plenaire vergadering! Dames en heren! Vrienden!
Ik heb even geluisterd naar de discussies die hier de afgelopen dagen zijn gevoerd – zeer interessant en informatief. Ik hoop dat jullie geen spijt hebben van jullie komst naar Rusland en dat jullie met elkaar in gesprek gekomen zijn.
Ik ben blij u allen te zien.
In de Valdaj Club hebben we reeds vele malen gesproken over de verschuivingen – de ernstige, grote verschuivingen die al hebben plaatsgevonden en nog plaatsvinden in de wereld, over de risico’s in verband met de teloorgang van de globale instellingen, de uitholling van de beginselen van collectieve veiligheid, de vervanging van het internationaal recht door zogenaamde regels – ik wilde zeggen, het is wel duidelijk door wie deze zijn verzonnen, maar misschien is dat niet juist – het is niet een duidelijk wie deze regels heeft opgesteld, waarop de regels zijn gebaseerd, wat deze regels eigenlijk inhouden.
Blijkbaar probeert men slechts één enkele regel vast te stellen, zodat de machthebbers – ik heb het nu over macht, ik heb het over wereldwijde macht – zonder enige regel kunnen leven en mogen doen wat ze willen, ongestraft hun gang kunnen gaan. Dat zijn namelijk precies de regels die ons voortdurend worden aangeprezen.
De waarde van de Valdaj-besprekingen is juist dat er verschillende analyses en prognoses worden gedaan. Hoe juist deze waren, zal het leven laten zien – het leven dat de strengste en meest objectieve toetssteen is. Hieruit zal blijken hoe nauwkeurig onze voorbereidende discussies van de afgelopen jaren waren.
Helaas ontwikkelen de gebeurtenissen zich nog steeds volgens het ongunstige scenario waarover wij in onze vorige vergaderingen meer dan eens hebben gesproken. Bovendien hebben deze gebeurtenissen zich ontwikkeld tot een grootschalige, systemische crisis, niet alleen op politiek-militair gebied, maar ook op economisch en humanitair gebied.
Het zogeheten Westen – dat is uiteraard heel algemeen bedoelt, want er heerst daar geen eensgezindheid – het moge duidelijk zijn dat dit een zeer gecompliceerd conglomeraat is, maar laten we zeggen, dat dit Westen de laatste jaren en vooral de laatste maanden heel wat stappen heeft ondernomen die de situatie hebben verergerd. Goed beschouwd streven zij altijd de escalatie na, ook dat is niets nieuws. Daartoe behoren het uitlokken van de oorlog in de Oekraïne, de provocaties rond Taiwan en de destabilisering van de globale voedsel- en energiemarkten. Dat laatste is natuurlijk niet met opzet gebeurd, daar bestaat geen twijfel over, maar door een aantal stelselmatige fouten van juist die westerse autoriteiten die ik al heb genoemd. En zoals we nu kunnen zien, kwam daar nog de vernieling van de pan-Europese gaspijpleidingen overheen. Dit is een ongehoorde daad, maar desondanks moesten wij getuige worden van deze tragische gebeurtenissen.
Macht over de hele wereld is precies waar het zogenaamde Westen op in heeft gezet. Maar dit is zeker een gevaarlijk, bloederig en, ik zou zeggen, vuil spel. Het ontkent de soevereiniteit van landen en volkeren, hun identiteit en unieke eigenschappen, en hecht geen waarde aan de belangen van andere staten. Als deze belangen tenminste niet ronduit worden ontkend, is dit precies wat er in de praktijk gebeurt. Niemand, behalve degenen die de door mij reeds genoemde regels formuleren, heeft het recht een eigen identiteit te ontwikkelen: alle anderen moeten moeten volgens deze regels “terechtgesnoeid” worden.
In dit verband wil ik u herinneren aan de voorstellen van Rusland aan de westerse partners inzake het opbouwen van vertrouwen en het opzetten van een systeem van collectieve veiligheid. Afgelopen december werden deze als gewoonlijk terzijde geschoven.
Maar in de wereld van vandaag is achterover leunen nauwelijks een optie. Zij die de wind zaaien zullen, zoals men zegt, storm oogsten. De crisis heeft nu werkelijk een globaal karakter gekregen, deze raakt iedereen. Niemand hoeft hier nog enige illusie te koesteren.
De mensheid staat nu in wezen voor twee keuzes: ofwel toe te laten dat de problemen zich verder ophopen, problemen waaronder wij onvermijdelijk allemaal bedolven zullen raken, of samen oplossingen proberen te vinden, hoe imperfect deze ook mogen zijn, maar toch tenminste bruikbare oplossingen, die onze wereld stabieler en veiliger kunnen maken.
Zoals u weet, heb ik altijd geloofd en blijf ik geloven in de kracht van het gezonde verstand. Ik ben er dan ook van overtuigd dat zowel de nieuwe centra van een multipolaire wereldorde als het Westen vroeg of laat zullen moeten gaan praten over een gemeenschappelijke toekomst voor ons, hoe eerder hoe beter. En in dit verband wil ik wijzen op enkele zeer belangrijke punten voor ons allen.
De hedendaagse gebeurtenissen hebben de milieuproblematiek overschaduwd. Klimaatverandering staat niet langer bovenaan de agenda. Maar deze fundamentele uitdagingen zijn niet verdwenen, ze verdwijnen niet, ze worden alleen maar groter.
Een van de gevaarlijkste gevolgen van het ecologisch onevenwicht is de vermindering van de biodiversiteit in de natuur. En nu kom ik bij het hoofdthema waarvoor wij allen bijeen zijn: is een andere diversiteit – cultureel, sociaal, politiek, beschaafd – minder belangrijk?
Tegelijkertijd is versimpeling, het uitvlakken(1)De zogeheten Cancel-Culture van alle karakteristieke kenmerken bijna de essentie van het moderne Westen aan het worden. Wat zit achter deze versimpeling? Allereerst is dat het wegvallen van het creatieve potentieel van het Westen zelf en tevens het verlangen om de vrije ontwikkeling van andere beschavingen te beteugelen, te blokkeren.
Natuurlijk is er ook een concreet commercieel belang: door het opleggen van hun waarden, het stroomlijnen van de consumentenwensen, de uniformering, proberen onze tegenstanders – zo ik noem ze maar even met een beleefde omschrijving – de markten voor hun producten uit te breiden. Dit alles is uiteindelijk maar heel primitief. Het is geen toeval dat het Westen beweert dat zijn cultuur en wereldbeeld universeel moeten zijn. Als zij dit al niet rechtstreeks beweren – hoewel zelfs dat ook vaak duidelijk verwoord wordt – gedragen zij zich op die manier en benadrukken dat hun beleid er in feite op neerkomt dat juist deze waarden onvoorwaardelijk moeten worden aanvaard door alle andere deelnemers aan de internationale communicatie.
Hier is een citaat uit de beroemde toespraak van Alexander Solzjenitsyn in Harvard. Al in 1978 merkte hij op dat het Westen werd gekenmerkt door een “aanhoudende verblindheid door hun superioriteitsgevoel” – dat ook vandaag de dag nog steeds bestaat. Een gevoel dat “op de idee stoelt dat al de wijdse contreien op deze aarde zich moeten ontwikkelen en moeten worden overheerst op basis van het huidige westerse systeem…”. 1978. Er is niets veranderd.
In de afgelopen bijna halve eeuw heeft deze verblindheid waarover Solzjenitsyn sprak – die uitgesproken racistisch en neokoloniaal van aard is – ronduit lelijke vormen aangenomen, vooral sinds het ontstaan van de zogenaamde unipolaire wereld. Wat wil ik daarmee zeggen? Het geloof aan de eigen onfeilbaarheid is een zeer gevaarlijke toestand: het is één stap verwijderd van het streven van de “onfeilbaren” zelf om degenen die hen niet aanstaan eenvoudigweg te vernietigen. Zoals men zo mooi zegt, deze te “cancellen”, ze af te schaffen – we zouden tenminste over de betekenis van dit woord moeten nadenkend.
Zelfs op het hoogtepunt van de Koude Oorlog, op het hoogtepunt van de confrontatie tussen systemen, ideologieën en gewapende conflicten, heeft nooit iemand het bestaan van de cultuur, kunst en wetenschap van zijn tegenstanders ontkend. Niemand haalde het in zijn hoofd! Ja, er werden bepaalde beperkingen opgelegd op het gebied van onderwijs, wetenschap, cultuur en helaas ook op het gebied van sport. Toch begrepen zowel de Sovjet- als de Amerikaanse autoriteiten destijds dat op humanitair gebied behoedzaam te werk moest worden gegaan, door de tegenstander te bestuderen en te respecteren, en men iets van hem diende te leren om tenminste voor de toekomst een basis te behouden voor gezonde en vruchtbare betrekkingen.
Wat gebeurt er nu? De nazi’s gingen in hun tijd ertoe over boeken verbrandden, en nu zijn de westerse ” voorvechters van liberalisme en vooruitgang ” afgegleden tot het verbieden van Dostojevski en Tsjaikovski. De zogenaamde Cancel-Culture, de cultuur van de afschaffing, maar in feite – we hebben er al vaak over gesproken – ontneemt ons de cancel-culture alles wat leeft en creatief is en laat het vrije denken op geen enkel gebied toe: niet in de economie, niet in de politiek, niet in de cultuur.
De liberale ideologie zelf is tegenwoordig onherkenbaar veranderd. Als het klassieke liberalisme de vrijheid van ieder mens oorspronkelijk opvatte als de vrijheid om te zeggen wat men wil en te doen wat men wil, dan begonnen liberalen al in de 20e eeuw te zeggen dat de zogenaamde open samenleving vijanden heeft – de open samenleving heeft dus ook tegenstanders – en de vrijheid van die tegenstanders kan en moet worden beperkt of zelfs opgeheven. Nu heeft dit zelfs het absurde niveau bereikt dat elk alternatief standpunt wordt bestempeld als subversieve propaganda en een bedreiging voor de democratie.
Alles wat uit Rusland komt wordt allemaal “Kremlin machinaties” bestempeld. Maar kijk eens naar jullie zelf! Zijn we echt zo almachtig? Elke kritiek op onze tegenstanders – elke! – wordt gezien als “Kremlin complotten”, als “het ingrijpen van het Kremlin”. Dit is onzin. Hoe zijn we zover gekomen? Gebruik je hersens, bedenk iets interessants, verwoord je standpunt op een doordachtere manier. Je kunt niet alles wijten aan de intriges van het Kremlin.
Dit alles werd door Fjodor Michailovitsj Dostojevski al in de 19e eeuw profetisch voorspeld. Een van de personages in zijn roman “De bezetenen”(2)in het Nederlands verschenen onder de titel “Boze geesten“, de nihilist Sjigaljov, beschreef de mooie toekomst die hij zich voorstelde als volgt: “Terwijl ik de grenzeloze vrijheid verlaat, eindig ik in een grenzeloos despotisme”. Een ander personage van de roman, Pjotr Verchovenski, valt hem bij en stelt dat verraad, verklikken en spionage overal nodig zijn, dat de maatschappij geen behoefte heeft aan talenten en buitengewone bekwaamheden: “Cicero wordt de tong afgesneden, Copernicus de ogen uitgestoken, Shakespeare gestenigd”. Dit is waar onze westerse tegenstanders naartoe gaan. Wat is dit anders dan de moderne westerse Cancel-Culture?
Dit waren grote denkers, en ik ben dankbaar, laat ik eerlijk zijn, dat mijn assistenten deze citaten hebben gevonden.
Wat kunnen we verder daarover nog zeggen? De geschiedenis zal zeker alles op zijn plaats wijzen en niet de grootste werken van universeel erkende genieën van de wereldcultuur schrappen, maar diegenen die besloten hebben dat zij het recht hebben naar eigen goeddunken over deze wereldcultuur te kunnen beschikken. De verwaandheid van zulke figuren is van de gekke, zoals ze zeggen, maar niemand zal zich hun namen over een paar jaar nog herinneren. En Dostojevski zal voortleven, net als Tsjaikovski en Poesjkin – hoe graag iemand dat ook zou willen tegengaan.
Het westerse model van globalisering, neokoloniaal in zijn essentie, is dan ook gebaseerd op eenwording, op financiële en technologische monopolievorming, op het wegvagen van alle verschillen. De doelstelling was helder – de onvoorwaardelijke dominantie van het Westen in de wereldeconomie en -politiek te versterken, en daartoe de natuurlijke en financiële hulpbronnen, de intellectuele, menselijke en economische capaciteiten van de hele planeet in dienst te nemen, om dit voor elkaar te krijgen onder het mom van de zogenaamde nieuwe globale onderlinge afhankelijkheid.
Hier wil ik nog een Russische filosoof in herinnering roepen – Alexander Alexandrovitsj Zinovyev, wiens honderdste verjaardag we op 29 oktober zouden vieren. Meer dan 20 jaar geleden zei hij dat voor het overleven van de westerse beschaving op tot op heden behaalde niveau, “de hele planeet als basis noodzakelijk zou zijn om te overleven, alle hulpbronnen van de hele mensheid worden benodigd”. Dat is dan ook wat ze voor zich opeisen, dat is een feit.
Bovendien had het Westen in dit systeem aanvankelijk een enorme voorsprong, omdat het de beginselen en mechanismen ervan heeft ontwikkeld – zoals nu ook die beginselen waarover voortdurend wordt gesproken, maar die een ondoorgrondelijk “zwart gat” vormen: niemand weet ze precies voorstellen. Maar zodra niet-westerse landen en andere staten begonnen te profiteren van de globalisering, en dan hebben we het natuurlijk in de eerste plaats over grote Aziatische landen, heeft het Westen onmiddellijk veel van de regels veranderd of geschrapt. En de zogenaamde heilige principes van vrije handel, economische opening, gelijke concurrentie en zelfs het recht op eigendom waren plotseling volledig vergeten. Zodra iets voor henzelf winstgevend werd, veranderden zij onmiddellijk, ter plekke, de spelregels.
Of een ander voorbeeld van vervanging van begrippen en betekenissen. Westerse ideologen en politici zeggen en herhalen al jaren tegen de hele wereld: er is geen alternatief voor democratie. Eerlijk gezegd hadden zij het over het westerse, zogenaamde liberale model van de democratie. Zij verwierpen alle andere varianten en vormen van democratie met minachting en – ik wil er op wijzen – aanmatigend en arrogant. Deze houding is al lang geleden ontstaan, sinds de koloniale tijd: iedereen wordt beschouwd als tweederangs mensen en alleen zijzelf zijn uitzonderlijk. Het gaat al eeuwen zo, ook nu nog.
Maar vandaag eist de overgrote meerderheid van de wereldgemeenschap gewoon democratisch verhoudingen en aanvaardt zij geen enkele vorm van autoritair dictaat van afzonderlijke landen of groepen van staten. Wat is dat anders dan de directe toepassing van democratische beginselen op het niveau van de internationale betrekkingen?
En wat is een standpunt van het “beschaafde” – tussen aanhalingstekens – Westen? Als jullie democraten zijn, lijken jullie zo’n natuurlijk streven naar vrijheid van miljarden mensen toe te juichen – maar nee! Het Westen noemt het de ondermijning van de liberale, op regels gebaseerde orde, lanceert economische en handelsoorlogen, sancties, boycots, kleurenrevoluties en allerhande staatsgrepen.
Een van deze staatsgrepen leidde tot de tragische gebeurtenissen in de Oekraïne in 2014 – het Westen had deze staatsgreep gesteund en verkondigde zelfs hoeveel geld eraan was besteed. Over het algemeen zijn ze gewoon niet goed wijs, ze schamen zich nergens voor. Ze hebben Suleimani gedood, een Iraanse generaal. U kunt over Suleimani denken zoals u wilt, maar hij was een functionaris van een buitenlandse mogendheid! Ze doodden hem op het grondgebied van een derde staat en zeiden: ja, we hebben hem gedood. Waar gaat dit over? Waar leven we in godsnaam?
Als vanouds blijft Washington de huidige wereldorde een Amerikaanse vorm van liberalisme noemen, maar in feite verergert deze beruchte “orde” de chaos met de dag. Deze orde wordt zelfs ook steeds intoleranter ten opzichte van westerse landen indien deze een poging doen een zekere onafhankelijkheid te bewaren. Alles wordt in de kiem gesmoord en er worden zelfs sancties opgelegd aan de eigen bondgenoten – ongegeneerd! En deze laten gedwee over zich heen lopen, met onderdanig gebogen hoofd.
Zo werden in juli de voorstellen van de Hongaarse parlementariërs om de toewijding aan Europese christelijke waarden en cultuur in het EU-Verdrag vast te leggen, niet eens als een oppositionele mening opgevat, maar als een regelrechte vijandige tegenwerking. Wat moet dat? Hoe moeten we dit interpreteren? Ja, sommige mensen zullen dat uiteraard geweldig vinden en anderen niet.
In Rusland is gedurende duizend jaar een unieke cultureel van samenspel tussen alle wereldreligies ontstaan. Het is niet nodig om iets te cancelen, of het nu gaat om christelijke waarden, islamitische waarden of joodse waarden. Nog andere grote religies zijn aanwezig in ons land. We moeten elkaar gewoon met respect behandelen. In sommige streken van ons land, ik heb dit zelf meegemaakt, begaan mensen christelijke, islamitische, boeddhistische en joodse feestdagen samen, ze doen dit met plezier, feliciteren elkaar en zijn blij voor elkaar.
Maar dat gebeurt elders niet. En waarom niet? Men zou er toch tenminste over kunnen praten. Heel vreemd!
Zonder overdrijving hebben we hier te maken met niet slechts een systemische, maar met een doctrinaire crisis ten aanzien van het Amerikaanse neoliberale model van de wereldorde. Ze hebben geen nieuwe ideeën om iets te scheppen, om voor een positieve ontwikkeling te zorgen. Ze kunnen de wereld gewoon niets bieden, behalve dan het in stand houden van hun dominantie.
Ik ben ervan overtuigd dat in een multipolaire wereld echte democratie vooral te maken heeft met het vermogen van elke natie – dat wil ik nog eens benadrukken – van elke maatschappij of beschaving om haar eigen weg te vinden en haar eigen sociaal-politieke systeem te kiezen. Als de VS en de Europese Unie dat recht hebben, dan hebben ook de Aziatische landen, de islamitische staten, de koninkrijken aan de Perzische Golf en de staten op andere continenten dat recht zeker ook. En vanzelfsprekend heeft ook ons land, Rusland, datzelfde recht en niemand kan ons volk ooit voorschrijven wat voor een soort samenleving we moeten opbouwen en en welke principes daaraan ten grondslag moeten liggen.
De directe bedreiging voor het politieke, economische, ideologische monopolie van het Westen ligt het feit dat er op deze wereld alternatieve sociale modellen kunnen ontstaan, die in de huidige tijd – en dat wil ik benadrukken – effectiever, helderder en aantrekkelijker zullen zijn dan de modellen die er nu bestaan. Dergelijke modellen zullen beslist ontstaan – dat is onvermijdelijk. Overigens schrijven Amerikaanse politieke wetenschappers en deskundigen hier ook zonder omhaal over. Het klopt echter ook, dat de autoriteiten nog niet werkelijk naar hen luisteren, hoewel ze er niet omheen zullen komen deze concepten in politiek-wetenschappelijke tijdschriften en in discussies ter kennis te nemen.
Vooruitgang moet berusten op de dialoog tussen beschavingen en gebaseerd zijn op spirituele en morele waarden. Inderdaad verschilt de definitie van de mens en zijn wezen per beschaving – al is dat vaak maar oppervlakkig, en de fundamentele waarde en de geestelijke essentie van de mens zijn onbetwist. Een gemeenschappelijke basis waarop wij onze toekomst kunnen en moeten bouwen is van cruciaal belang.
Dit is iets wat ik wil benadrukken. Traditionele waarden zijn geen vaststaande reeks postulaten waaraan iedereen zich moet houden. Natuurlijk niet. Het verschil met de zogenaamde neoliberale waarden is dat zij in elk afzonderlijk geval uniek zijn, omdat zij voortvloeien uit de tradities van een bepaalde samenleving, haar cultuur en historische achtergrond. Daarom kunnen traditionele waarden aan niemand worden opgelegd – ze moeten eenvoudigweg worden gerespecteerd, en men moet datgene koesteren, wat elk volk in de loop der eeuwen voor zichzelf heeft gekozen.
Dit is hoe we traditionele waarden interpreteren, en de meerderheid van de mensheid deelt en accepteert deze benadering. Dat is begrijpelijk, want de traditionele samenlevingen van het Oosten, Latijns-Amerika, Afrika en Eurazië vormen wereldwijd de basis van de beschaving.
Respect voor de individuele eigenschappen van volkeren en beschavingen is in ieders belang. Eigenlijk zou dit ook in het belang van het zogeheten Westen moeten zijn, dat in de internationale arena snel een minderheid aan het worden is, naarmate het zijn dominantie verliest. En natuurlijk moet het recht van deze westerse minderheid op haar eigen culturele identiteit – dat zou ik willen onderstrepen – worden gewaarborgd en met respect worden behandeld, maar, ook dat is belangrijk, op gelijke voet als de rechten van elk ander volk.
Als de westerse elites denken dat zij in staat zijn in de denkwereld van hun volkeren, hun samenlevingen – de in mijn ogen modieuze tendensen, zoals als tientallen geslachten en homoparades, te kunnen introduceren, dan moeten ze dat vooral doen. Ze kunnen doen wat ze willen! Maar wat zij beslist niet mogen doen, is te eisen dat ook anderen dezelfde richting zullen inslaan.
Wij nemen de complexe demografische, politieke en sociale processen waar die in het westen plaatsvinden. Dit is natuurlijk hun eigen zaak. Rusland mengt zich niet in deze kwesties en is dat ook niet van plan – in tegenstelling tot het Westen bemoeien wij ons niet met andermans achtertuin. Wij verwachten echter dat het pragmatisme zal zegevieren en dat de dialoog tussen Rusland en het echte, traditionele Westen, alsmede ook met andere gelijkgerechtigde centra van ontwikkeling, een belangrijke bijdrage zal leveren aan de opbouw van een multipolaire wereldorde.
Ik zou hieraan willen toevoegen dat multipolariteit een reële, en in feite de enige kans is, die Europa heeft om zijn politieke en economische soevereiniteit te herstellen. We begrijpen allemaal, en dit wordt ook in Europa duidelijk uitgesproken, dat de rechtspositie van Europa vandaag de dag – hoe zal ik het voorzichtig zeggen, om niemand te beledigen – zeer beperkt is.
De wereld is van nature divers en de pogingen van het Westen om iedereen in hetzelfde schema te persen zijn objectief gezien, gedoemd te mislukken, daar komt niets van terecht.
Het arrogante streven naar wereldleiderschap, of in feite naar dictatuur, of naar het behoud van het leiderschap door middel van dictatuur, tast in feite het internationale gezag van de leiders van de westerse wereld, met name van de Verenigde Staten aan en vergroot in het algemeen het wantrouwen in hun vermogen tot onderhandelen. De ene dag zeggen ze het ene en de volgende dag iets anders; ze ondertekenen documenten en de volgende dag negeren ze de overeenkomsten; ze doen wat ze willen. Er is helemaal geen stabiliteit. Het is absoluut onduidelijk hoe de documenten zijn ondertekend, waarover gesproken is, en waar we op kunnen rekenen.
Waar ooit slechts enkele landen het aandurfden met Amerika in discussie te gaan en dit dan bijna een sensatie leek, is het nu al heel gewoon geworden dat enkele staten de ongegronde eisen van Washington afwijzen, ondanks al de pogingen om iedereen onder druk te zetten. Dit is een verkeerd beleid dat nergens toe leidt. Maar laat ze, als ze nu eenmaal daarvoor hebben gekozen.
Ik ben ervan overtuigd dat de volkeren van deze wereld hun ogen niet langer zullen sluiten voor een repressief beleid dat zichzelf in diskrediet heeft gebracht. En telkens zal het Westen een hogere prijs moeten betalen voor zijn pogingen om zijn hegemonie te behouden. Als ik deze westerse elites was, zou ik serieus over dergelijke vooruitzichten nadenken. Iets waarmee sommige politicologen en politici in de Verenigde Staten reeds rekening houden, zoals ik al eerder zei.
In de huidige omstandigheden van gewelddadige conflicten, zal ik sommige dingen ronduit uitspreken. Rusland, als een onafhankelijke, zelfstandige beschaving, heeft zichzelf nooit als een vijand van het Westen beschouwd en doet dat ook nu niet. Amerikafobie, anglofobie, francofobie, germanofobie zijn evenzeer vormen van racisme als russofobie en antisemitisme, evenals ook alle andere uitingen van vreemdelingenhaat.
Men moet alleen goed beseffen dat er – zoals ik al zei – twee verschillende westerse beschavingen bestaan, en dan minimaal twee, maar misschien ook meer, maar laten we het maar op twee houden: namelijk ten eerste het Westen van de traditionele, voornamelijk christelijke waarden, van vrijheid, patriottisme, met een rijke cultuur en tegenwoordig ook van islamitische waarden – want inmiddels belijdt een aanzienlijk deel van de bevolking van veel westerse landen de islam. Dit Westen staat in zekere zin dicht bij ons, in veel opzichten hebben we gemeenschappelijke, zelfs wel uit de oudheid stammende, wortels. Maar er is ook een ander Westen – agressief, kosmopolitisch en neokoloniaal. Het fungeert als instrument van de neoliberale elites. Natuurlijk zal Rusland zich nooit bij de dictaten van dit Westen neerleggen.
Wat mij in 2000, nadat ik tot president was verkozen, te wachten stond, zal ik mij altijd blijven herinneren – denk aan de prijs die wij betaalden voor de vernietiging van het terroristische nest in de Noordelijke Kaukasus, dat destijds bijna openlijk door het Westen werd gesteund. De meeste aanwezigen in de zaal, zijn al een beetje ouder en begrijpen maar al te goed waar ik het over heb. Wij weten precies wat er in de praktijk is gebeurd: financiële, politieke en informatieve steun. We hebben het allemaal meegemaakt.
Bovendien heeft het Westen terroristen op Russisch grondgebied niet alleen actief gesteund, maar heeft deze dreiging ook in veel opzichten doen groeien. We weten dit. Toen de situatie zich echter had gestabiliseerd, toen de belangrijkste terroristische bendes waren verslagen, mede dankzij de moed van het Tsjetsjeense volk, hebben wij besloten niet in het verleden te blijven hangen, niet verontwaardigd te zijn, maar vooruit te kijken, nieuwe banden aan te gaan, zelfs met degenen die ons eigenlijk hadden tegenwerkt, betrekkingen aan te knopen en te ontwikkelen met allen die dat wensten, op basis van wederzijds profijt en respect voor elkaar.
Men zou denken dat dit in ieders belang was. Rusland overleefde godzijdank alle moeilijkheden van die tijd, hield stand, was in staat het interne en externe terrorisme het hoofd te bieden. De economie bleef functioneren, begon zich te ontwikkelen en het defensieve vermogen werd beter. Wij probeerden betrekkingen op te bouwen met de toonaangevende landen in het Westen en met de NAVO. Onze boodschap was altijd: laten we ophouden vijanden te zijn, laten we als vrienden samenleven, laten we de dialoog aangaan, laten we wederzijds vertrouwen scheppen en aldus bouwen aan vrede. We waren absoluut oprecht, dat wil ik benadrukken. We begrepen duidelijk de complexiteit van deze toenadering, maar dit was onze inzet.
Wat kregen we als antwoord? Kortom, we kregen een “nee” te horen bij alle belangrijke onderdelen van een mogelijke samenwerking. De druk op ons werd steeds groter en er ontstonden spanningshaarden aan onze grenzen. En wat is het doel van deze druk? Zeg het mij! Is het alleen om te oefenen? Natuurlijk niet. Het doel is om Rusland kwetsbaarder te maken. Het doel is om van Rusland een instrument te maken om hun eigen geopolitieke doelen te bereiken.
In feite is dit een universele regel: men probeert iedereen in een werktuig veranderen, om dan dit werktuig voor zijn eigen doeleinden te kunnen gebruiken. En degenen die niet aan deze druk toegeven, die niet zo’n instrument willen zijn – zij worden gesanctioneerd, er worden allerlei economische beperkingen opgelegd en er worden staatsgrepen tegen hen voorbereid en indien mogelijk ook uitgevoerd, ga zo maar door. En uiteindelijk, als er niets van all dit gebaat heeft, dan blijft er nog maar een het doel over – vernietigen en van de politieke kaart vegen. Maar een dergelijk scenario heeft ten opzichte van Rusland nog nooit gewerkt en zal ook nooit werken.
Wat valt er nog meer te zeggen? Rusland daagt de elites van het Westen niet uit – Rusland verdedigt gewoon zijn bestaansrecht en zijn recht zich vrij te ontwikkelen. Maar ondertussen zullen wij ons niet tot de nieuwe alleenheerser ontwikkelen. Rusland is niet van voornemens unipolariteit te vervangen door bipolariteit, tri-polariteit enzovoort; de westerse overheersing door een oosterse te vervangen, of door een vanuit het Noorden of het Zuiden. Dit zou onvermijdelijk leiden tot een nieuwe patstelling.
En hier wil ik de woorden citeren van de grote Russische filosoof Nikolaj Jakovlevitsj Danilevski, die van mening was dat vooruitgang niet darin bestaat dat iedereen dezelfde richting uit zou moeten gaan, zoals sommige van onze tegenstanders ons willen opdringen. Dat zou alleen maar tot gevolg hebben dat de vooruitgang tot stilstand komt, aldus Danilevski. Vooruitgang wordt bereikt door “het hele terrein, dat het historische domain van de mensheid vormt, in alle richtingen te verkennen”. En hij voegt eraan toe dat geen enkele beschaving er prat op kan gaan dat zij het summum van ontwikkeling zou vertegenwoordigen.
Ik ben ervan overtuigd dat dictatuur alleen tegengehouden kan worden door de ontplooiing van landen en volkeren in vrijheid en dat de degradatie van het individu alleen gestopt kan worden door de liefde voor mens en Schepper. Primitieve vereenvoudigingen en beperkingen kunnen alleen worden verholpen dankzij de bloeiende complexiteit van culturen en tradities.
De betekenis van het historische moment van vandaag ligt nu juist daarin, dat voor alle beschavingen, staten en hun samenwerkingsverbanden de mogelijkheid van een eigen, democratische, authentieke ontwikkelingsweg daadwerkelijk openstaat. En bovenal geloven wij dat de nieuwe wereldorde gebaseerd moet zijn op recht en wet, vrij, autonoom en rechtvaardig moet zijn.
De wereldeconomie en -handel moeten dus rechtvaardiger en opener worden. Rusland gelooft dat het proces van het creëren van nieuwe internationale financiële instelingen, waaronder één voor internationale betalingen, noodzakelijk is. Dergelijke instellingen moeten buiten de nationale jurisdictie vallen, veilig, gedepolitiseerd en geautomatiseerd zijn, en niet afhankelijk van één enkel controlecentrum. Is dit mogelijk of niet? Natuurlijk wel. Het zal veel moeite kosten, veel landen moeten hun krachten bundelen, maar het kan.
Dit zal de mogelijkheid van misbruik van de nieuwe wereldwijde financiële infrastructuur wegnemen en een efficiënte, winstgevende en veilige manier van internationale transacties mogelijk maken zonder de dollar en andere zogenaamde reservemunten. Temeer daar de VS en het Westen, door de dollar als wapen te gebruiken, het instituut van de internationale financiële reserves in diskrediet hebben gebracht. Eerst werden deze gedevalueerd door inflatie in de dollar- en eurozone, en toen – hapsnap – hebben ze onze internationale reserves gestolen.
De transitie naar nationale valuta zal beslist aan momentum winnen – dat is onontkoombaar. Het hangt natuurlijk af van de toestand van de emittenten van die valuta’s en de toestand van hun economieën, maar ze zullen sterker worden en dergelijke financiële afwikkelingen zullen zeker geleidelijk gaan overheersen. Dat is de logica van soeverein economisch en financieel beleid in een multipolaire wereld.
Verder. Vandaag beschikken de nieuwe centra van de globale ontwikkeling op diverse vlakken reeds over unieke technologieën en wetenschappelijke ontwikkelingen, en op vele gebieden kunnen zij met succes concurreren met westerse transnationale ondernemingen.
Uiteraard hebben wij een gemeenschappelijk, vrij pragmatisch belang bij een eerlijke en open wetenschappelijke en technologische uitwisseling. Samen zal iedereen er meer baat bij hebben dan ieder apart. De vruchten moeten de meerderheid ten goede komen, en niet een paar afzonderlijke superrijke bedrijven.
Hoe is het vandaag? Als het Westen geneesmiddelen of zaden van gewassen aan andere landen verkoopt, geeft het instructies om de plaatselijke farmaceutische industrie alsmede de telt en veredeling om zeep te helpen, in feite komt alles hierop neer; leveringen van machines en apparatuur – vernietigt de plaatselijke machine-industrie. Toen ik premier was, drong dit tot mij door: zodra je de markt voor een bepaalde productgroep openstelt, is het gedaan, de lokale producent “ging ten onder”, en het wordt vrijwel onmogelijk om zijn hoofd boven water te houden. Op deze basis zijn de relaties opgebouwd. Op deze manier worden eignet men zich markten en middelen toe, landen wordt hun technologisch en wetenschappelijk potentieel ontnomen. Dit is geen vooruitgang, maar overheersing, de reductie van de economie naar een primitief niveau.
Technologische ontwikkeling mag de ongelijkheid in de wereld niet verergeren, maar moet deze juist verminderen. Daarop is van oudsher het buitenlands technologiebeleid van Rusland gericht. Door bijvoorbeeld kerncentrales in andere staten te bouwen, creëren we daar tegelijkertijd deskundigheidscentra, leiden we plaatselijk personeel op – we creëren een hel bedrijfstak, we bouwen niet alleen een enkele fabriek, maar laten een hele industriële sector ontstaan. In principe geven wij andere landen de kans om een echte doorbraak te bewerkstelligen in hun wetenschappelijke en technologische ontwikkeling, de ongelijkheid te verminderen en hun energiesector op een nieuw niveau van efficiëntie en milieuvriendelijkheid te brengen.
Ik benadruk nogmaals: soevereiniteit en inheemse ontwikkeling betekenen geenszins isolement en autarkie, maar maakt veeleer een actieve, wederzijds voordelige samenwerking op basis van eerlijke en billijke beginselen mogelijk.
De liberale globalisering betekent depersonalisering, het opleggen van het westerse model aan de hele wereld; terwijl in tegenstelling daartoe integratie de benutting is van het potentieel van elke beschaving ten behoeve van het geheel, van iedereen. Indien het globalisme een dictaat is, waar uiteindelijk alles op uit zal draaien, dan is integratie de gezamenlijke ontwikkeling van gemeenschappelijke strategieën, waar iedereen baat bij heeft.
In dit verband acht Rusland het van belang dat de mechanismen voor het creëren van grote zones, gebaseerd op de interactie tussen buurlanden waarvan de economie, het sociale stelsel, de hulpbronnen en de infrastructuur elkaar aanvullen, actiever nagestreefd worden. Dergelijke grootschalige zones vormen in feite de basis voor een multipolaire wereldorde – de economische basis. Uit hun onderlinge dialoog zal een ware harmonie binnen de mensheid voortvloeien, die veel complexer, gedifferentieerder en multidimensionaler is dan de simplistische opvattingen van sommige westerse ideologen.
Eenheid binnen de mensheid stoelt niet op de instructies zoals “handel zoals ik” of “gedraag je zoals wij”. De eenheid ontstaat indien men rekening houdt met al de verschillende meningen, en de identiteit van elke samenleving en volk respecteert. Dit is het principe waarop langdurige interactie in een multipolaire wereld zich kan ontwikkelen.
In dit verband moeten we misschien ook nadenken over de vraag hoe de structuur van de Verenigde Naties, inclusief de Veiligheidsraad, de diversiteit van de regio’s in de wereld beter kan weerspiegelen. In de wereld van morgen zal immers veel meer afhangen van Azië, Afrika en Latijns-Amerika dan vandaag algemeen wordt aangenomen, en een dergelijke toename van invloed is zeker positief.
Ik wil eraan herinneren dat de westerse beschaving niet de enige bestaande is, zelfs niet in onze gemeenschappelijke Euraziatische ruimte. Bovendien is de meerderheid van de bevolking juist in het oosten van Eurazië geconcentreerd, waar ook de bakermat van de oudste beschavingen van de mensheid was gelegen.
De waarde en betekenis van Eurazië wordt daardoor bepaald, dat dit continent een zelfvoorzienend geheel vormt met gigantische hulpbronnen van allerlei aard en een enorm potentieel. En hoe voortvarender wij te werk gaan om de banden in Eurazië aan te halen, om nieuwe wegen, vormen van samenwerking te creëren, des te indrukwekkender onze successen zullen zijn.
De succesvolle activiteiten van de Euraziatische Economische Unie, de snelle groei van het gezag en de invloed van de Shanghai Cooperation Organisation, de grootschalige initiatieven in het kader van One Belt, One Road, de plannen voor multilaterale samenwerking om de Noord-Zuid-vervoerscorridor en andere, vele andere projecten in dit deel van de wereld ten uitvoer te brengen, vormen ongetwijfeld het begin van een nieuw tijdperk, een nieuwe fase in de ontwikkeling van Eurazië. Deze integratieprojecten werken elkaar uiteraard niet in tegen, maar vullen elkaar aan, tenminste als ze door naburige landen in hun eigen belang worden uitgevoerd, en niet door externe krachten worden opgezet om de Euraziatische ruimte te verdelen en er een conflictzone tussen verschillende blokken te creëren.
Het westelijke uiteinde, Europa, zou ook een natuurlijk onderdeel van Groot Eurazië kunnen vormen. Maar veel van haar leiders worden gehinderd door de overtuiging dat Europeanen beter zijn dan de rest, dat ze te goed zijn om op gelijke voet met anderen te verkeren. Ze merken niet eens dat ze zelf in de periferie zijn gedrongen en in wezen vazallen zijn geworden, vaak ook zonder enige zeggenschap.
Beste collega’s!
De ineenstorting van de Sovjet-Unie heeft het geopolitieke machtsevenwicht verstoord. Het Westen voelde zich overwinnaar en verkondigde een unipolaire wereldorde, waarin alleen de wil, de cultuur en de belangen van het Westen een bestaansrecht hadden.
Nu deze historische periode van onverdeelde dominantie van het Westen in internationale aangelegenheden ten einde loopt, behoort ook de unipolaire wereld tot het verleden. We staan op een historisch kruispunt, en hebben waarschijnlijk het gevaarlijkste, meest onvoorspelbare maar tegelijkertijd ook belangrijkste decennium sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog voor de boeg. Het Westen is niet in staat om in zijn eentje de mensheid te regeren, maar probeert dat wanhopig te doen, en de meeste naties van de wereld zijn niet langer bereid dat te accepteren. Dit is de grote tegenstrijdigheid van het nieuwe tijdperk. Volgens een klassieke uitspraak(3)een uitspraak van Lenin: верхи не могут, а низы не хотят так уже жить. Dit is verrassend omdat Poetin niet de gewoonte heeft Lenin te citeren. bevinden wij ons in een tamelijk revolutionaire situatie: “de bovenlaag kan zo niet meer leven en de onderklasse wil zo niet langer leven.”
Deze stand van zaken kan tot wereldwijde conflictsituaties leiden of tot een hele reeks van conflicten, die een bedreiging zullen vormen voor de mensheid, met inbegrip van het Westen zelf. Deze tegenstrijdigheid op constructieve manier op te lossen, is de belangrijkste historische taak van deze tijd.
Een paradigmaverschuiving is een smartelijk, maar tevens een natuurlijk en onvermijdelijk proces. De toekomstige wereldorde krijgt voor onze ogen vorm. En in deze wereldorde moeten we naar iedereen luisteren, rekening houden met elk standpunt, elke natie, maatschappij, cultuur, elke wereldbeschouwing, idee en religieuze overtuiging, zonder één enkele “waarheid” aan iemand op te dringen, en uitsluitend op deze basis moeten we onze verantwoordelijkheid begrijpen voor het toekomstige lot – het lot van naties, de planeet, teneinde een symfonie van menselijke beschavingen op te kunnen bouwen.
Op dit punt wil ik eindigen en u bedanken voor uw geduld waarmee u naar mijn boodschap hebt geluisterd.
Hartelijk dank.
Voetnoten