75 jaar geleden plande men op de conferentie van Bretton Woods een fundamentele nieuwe regeling van de internationale financieel-economische betrekkingen. De deelnemers volgden daarbij in essentie de ideeën van de Amerikaanse regering. Het hieruit resulterende systeem van vaste wisselkoersen met de Amerikaanse dollar als dominante munt liet echter te wensen over. Ook zorgde het niet, zoals later wel beweerd, voor de economische opgang na het einde van de Tweede Wereldoorlog.
In 1944 waren de Verenigde Staten vanwege hun wapenexport en -kredieten tot de wereldwijd grootste schuldeiser geworden. Ondertussen stond het Verenigd Koninkrijk, jarenlang de monetaire hoofdconcurrent van de VS, kort voor insolventie. Deze volstrekt verschillende posities hinderden de beide geallieerden niet om gezamenlijk naar de creatie van een nieuwe mondiale economische en monetaire orde te streven. De culminatie van deze inspanningen was de United Nations Monetary and Financial Conference, die van 1 tot 22 juli 1944 in het Mount Washington Hotel in Bretton Woods, New Hampshire, plaatsvond. Daaraan namen 730 afgevaardigden uit 44 landen deel.
Uiteenlopende belangen Britse en Amerikaanse initiatiefnemers Bretton Woods
In de aanloop naar de conferentie hadden Britse en Amerikaanse experts voorstellen voor concrete regelingen gemaakt, die de sterk uiteenlopende belangen van de beide westerse grootmachten weerspiegelden. John Maynard Keynes, de hoofdonderhandelaar namens Londen, eiste vanwege het sterke handelstekort van het Empire zwevende wisselkoersen en de schepping van een internationale verrekeningseenheid genaamd Bancor. Alleen zo was het in de optiek van de gerenommeerde econoom immers mogelijk om de individuele economieën toereikende geldpolitieke speelruimte te geven, voor bijvoorbeeld devaluaties.
Amerikaanse dollar als wereldwijde reservemunt
Harry Dexter White, de rechterhand van de Amerikaanse minister van Financiën Henry Morgenthau, prefereerde daarentegen grotendeels vaste wisselkoersen, waarbij de Amerikaanse dollar als wereldwijde reservemunt zou fungeren. In ruil beloofden de VS dat de dollar ten allen tijde tegen een onveranderlijke koers van 35 USD voor een troy ounce goud ingewisseld zou kunnen worden.Het planeconomische voorstel van White haalde het uiteindelijk, wat voor Keynes aanleiding was Bretton Woods een ‘monstrous monkey house’ te noemen.
Britten sterk afhankelijk van Amerikaans krediet
Het succes van de VS resulteerde vooral uit de totale afhankelijkheid van het nog oorlogvoerende Empire van verdere kredieten van Washington. Daarnaast werden de kleinere deelnemende landen overgehaald de Amerikaanse lijn te steunen, door ze grote economische hulp toe te zeggen – die ze overigens maar zeer ten dele of helemaal niet zouden krijgen.