Tegen het einde van zijn termijn als voorzitter van de Europese Commissie onderneemt voorzitter Jean-Claude Juncker nog een laatste rooftocht om op financieel en sociaal terrein meer centralisatie binnen de EU te bewerkstelligen. Het zou tot protest moeten leiden, maar wordt nauwelijks opgemerkt.
Jean-Claude Juncker heeft van begin af aan benadrukt dat hij als Commissievoorzitter de EU tot een centraal geleide staat wilden ontwikkelen, waarin de lidstaten dus tot provincies worden. Inmiddels heeft de centralisatie in het buitenlands beleid, economisch beleid en juridisch vorm gekregen. Aan de centralisatie van het defensiebeleid, financieel beleid en de vorming van een schuldenunie wordt gewerkt.
Sociaal beleid
Maar al te graag zou de EU ook de bevoegdheid voor sociaal beleid naar zich toe trekken. Dat zou betekenen dat failliete lidstaten uit het zuiden naar de sociale potten van de noordelijke lidstaten kunnen grijpen. De EU slaagde er tot nog toe echter niet in deze bevoegdheid te krijgen, omdat er geen meerderheid gevonden kon worden. Voor besluiten over sociaal- en belastingbeleid geldt namelijk het unanimiteitsvoorbehoud.
Blijf op de hoogte van nieuws, opinie en achtergronden: Volg Novini!
Unanimiteitsvoorbehoud
Juncker wil nu de zwakke positie of afwezigheid van de Britten uitbuiten om het unanimiteitsvoorbehoud voor belasting- en sociaal beleid op de helling te zetten, zodat voor besluiten daarover een ‘gekwalificeerde meerderheid’ volstaat. Een gekwalificeerde meerderheid wil zeggen 55 procent van de lidstaten die samen tenminste 65 procent van de gehele EU-bevolking vertegenwoordigen.
Gekwalificeerde meerderheid
Zo’n gekwalificeerde meerderheid zouden Frankrijk en de zuidelijke EU-lidstaten makkelijk bereiken. Als de noordelijke EU-lidstaten derhalve mee zouden gaan in het afschaffen van het unanimiteitsvoorbehoud, geven ze zich daarmee over aan praktisch onbeperkte plundering van de noord-Europese potjes door de zuidelijke lidstaten.